Een van de meest voorkomende problemen in de verzorgingssector is hoogstwaarschijnlijk het veranderen van positie van een patiënt.  

Maar al te vaak kunnen patiënten omschreven worden als een “moeilijk te grijpen last” vanwege hun fysieke gesteldheid of leeftijd. 

De meest voorkomende manier om patiënten te transfereren is handmatig. In dat geval moet de verzorger de patiënt helpen op te staan en te roteren.

Indien de verzorger geen gerichte training heeft genoten, zoals bijvoorbeeld familieleden thuis, zal deze beweging veel spanning op de rug geven wat kan leiden tot rugklachten. Voor verpleegkundigen in ziekenhuizen of verpleeginstellingen, die bepaalde tiltechnieken toepassen, zal het herhaaldelijk uitoefenen van transfers leiden tot rugklachten. 

Als een handmatige transfer te moeilijk is, dan is het mogelijk om een speciaal hulpmiddel in te zetten.

 

Het idee van de Transi is ontstaan na het inventariseren van de behoeften van het verplegend personeel. Hieruit bleek dat er vraag was naar een veilige, gebruikersvriendelijke en goedkope manier om patiënten te verplaatsen. Het eerste prototype kwam een paar maanden later. Sindsdien heeft de Transi een aantal aanpassingen ondergaan om te voldoen aan de markteisen. Zo is bijvoorbeeld een steun net onder knie makkelijk bij het tillen van een patiënt met sta-problemen. Deze steun heeft namelijk een hefboomeffect en vereenvoudigt de beweging.

In sommige gevallen gaf het verplegend personeel aan dat naast de antislipmat een manier om de enkels te blokkeren wenselijk zou zijn. Daarom werd besloten om verstelbare steunen toe te voegen aan de Transi.

De Transi kan ingezet worden in de thuissituatie ter ondersteuning van ongetrainde verzorgers, of in instellingen zoals ziekenhuizen en verpleegtehuizen waar het personeel vele tranfers per dag uitvoert.

 

De Transi is een draaischijf gemonteerd op wieltjes met een metalen frame dat patiënten de mogelijkheid biedt om een goede houvast te hebben en voorziet in een goede grip voor de verzorger.

 

Het metalen frame van de Transi bestaat uit staal bedekt met een laag epoxy verf met hoge weerstand. De standaard kleur is blauw.

  • De draaischijf  is gemaakt van bi-chroom staal zodat de Transi ook onder de douche gebruikt kan worden. De in totaal 10 lagers die geplaatst zijn op de schijf, hebben ieder een draagkracht van 25 kg. De lagers zijn opwaarts geplaatst zodat stof en vuil de rotatie niet kunnen blokkeren.

  • De extra steunen zijn gemaakt van verchroomd staal en de horizontale steunen zijn bekleed met een schuimrubberen buis.

  • De gemakkelijkste positie om op te staan, is als de voet schuin onder de knie staat, daarom is de bovenste steun korter dan de onderste.

De twee grotere wielen aan de voorkant van de Transi zijn bedoeld voor het verplaatsen van de Transi (bijvoorbeeld de ene naar de andere afdeling).

De Transi is niet bedoeld als transportmiddel voor het verrijden van patiënten. Hiervoor verwijzen wij u naar de modellen Transi Mobil en Transi Pro.

De bovenkant van de draaischijf is bedekt met een anti-slip mat.

Een schuimrubberen buis bedekt de horizontale steun waartegen de patiënt met zijn knie of been kan leunen.

 

Een duurzaamheidstest is uitgevoerd door het CERAH ( Centrum voor studie en onderzoek voor hulpmiddelen t.b.v. mensen met een handicap) in Frankrijk.

  • Tijdens de eerste test werd een druk van 80 daN uitgeoefend op het frame. Na 200.000 keer werden geen onregelmatigheden geconstateerd.

  • Bij de tweede test werd een gewicht van 100 kg op de draaischijf geplaatst en vervolgens met een snelheid van 6 rpm gedraaid. Na 10.116 rotaties in de ene richting en 10.334 rotaties in de andere richting, werden geen onregelmatigheden geconstateerd.

  • Deze testen werden uitgevoerd met een model voorzien van 10 rollagers.

Opmerking: alleen patiënten die in staat zijn enkele seconden  rechtop te staan kunnen gebruik maken van de Transi.

Over het algemeen zullen zij echter niet echt op de Transi staan maar erop leunen.

Het belangrijkste is dat zij in staat zijn uit hun zittende positie omhoog te komen om vervolgens getransfereerd te worden.

 

Het  normale gebruik van de Transi kan opgesplitst worden in 5 fases:

  • Fase 1: breng de Transi dicht bij de patiënt of andersom, en controleer dat er geen obstakels zijn die de transfer kunnen  hinderen.

  • Fase 2: pas de hoogte van de steunen aan. De bovenste steun plaatst u net onder de knie en de onderste behoort de voeten te blokkeren.

  • Fase 3: plaats de patiënt op de Transi. De te gebruiken methode hangt af van de patiënt. Sommigen kunnen dit zelf, terwijl anderen enige hulp behoeven. Voor de juiste methode verwijzen wij naar bijgevoegde tekeningen.

  • Fase 4: Draai de Transi. Indien de patiënt stabiel staat, kunt u tegenover de patiënt staan en de rotatie uitvoeren. Staat de patiënt echter instabiel, dan is het aan te bevelen plaats te nemen achter de patiënt en de handgrepen van de Transi stevig vast te pakken.

  • Fase 5: Laat de patiënt rustig zakken. Net als bij fase 3 geldt dat de juiste werkwijze patiëntafhankelijk is.

De illustraties geven een goed beeld van de juiste werkwijze. Toch zal de verzorger zich altijd aan moeten passen aan de behoeften van de patiënt. De Transi moet worden beschouwd als een hulpmiddel en niet als een wondermiddel.

 
 

Copyright 2000-2001 Transi®    All rights reserved    Terns of use    Privacy Policy